Dommel
Dag 1: Onze vriend Derk-Jan bracht ons naar Pelt in België. Het miezerde een beetje, maar al snel gingen de regenjassen uit omdat het droog werd. Het eerste deel van de Dommel is prachtig: we zagen struisvogels en ijsvogels. het smalle riviertje stroomt snel en de bochten zijn uitdagend. We vaarden door bossen en langs veengebieden. We kampeerden bij camping de Volmolen in Riethoven. Het werd nog knap koud die nacht.
21,5 km, drie keer overdragen: bij de Venbergse Molen, de Dommelse Watermolen en bij de stuw aan de Loonderseweg.
Dag 2: Riethoven - Sint-Oedenrode. 30,7 km (inclusief 600 meter lopen naar de camping). Vier keer overdragen: bij een stuw bij meertje Klotputten genaamd, de stuw iets verderop stond open en gaf ons een flinke vaart mee, in Eindhoven moet maar liefst 3 kilometer gelopen worden vanwege een vaarverbod. Onder de spoorbrug zit een stuw met een heel groot verval. De vistrappen in Eindhoven zijn bij hoog water wel te nemen, ik ben er ook al eens vast komen te zitten. Op het universiteitsterrein kan de kano het water weer in. Er volgt dan een stuw waar kort overgedragen moet worden. Het aquaduct bij het Wilhelminakanaal kan ook een uitdaging zijn. Officieel moet hier overgedragen worden, dan het kanaal oversteken en weer overdragen naar de Dommel. Maar met wat vernuftigheid kan je ook onder het kanaal door varen. Na het kanaal volgt nog een stuw waar een korte overdraging is.
Het was opnieuw een prachtige dag! Het was super mooi weer, de zon scheen en de lente klopte aan de deur. Het had gevroren die nacht, toch startten we vroeg. Eerst liepen we een stukje met de kano op de wieltjes net voorbij de Volmolen, om hier achter de molen de kano in het water te laten. Wat een heerlijk weer, de knoppen kwamen aan de bomen, het groen groeide met de minuut. We vaarden over de net herstelde beekloop onder de snelweg door en al snel kwam de eerste overdraging. Die bleek door de goede voorzieningen prima te doen. Iets verderop stond de stuw open, we konden zo doorvaren. Eindhoven kwam in zicht, in de verte zagen we hogen gebouwen. Bij de Genneper watermolen is een mooie kanogoot gemaakt. Die zag er best spannend uit vooral voor een volbepakte Ally, maar met gemak vaarden we er doorheen.
Bij de Doctor Schaepmanlaan moesten we er uit: er mag in Eindhoven niet gevaren worden. We zetten de kano op de wieltjes en liepen braaf door de binnenstad, Op het terrein van de universiteit gooiden we de kano weer in het water. We vaarden lekker door en vonden de twee biertjes voor ons die aan de brug gebonden zijn door Derk-Jan en Jacco. Het merk is natuurlijk fout: Palm had Dommelsch moeten zijn, ze smaakten er niet minder om. We vaarden door een park-achtig landschap Eindhoven helemaal uit en tegen het Wilhelminakanaal aan. De vuilvanger zit hier flink in de weg, aan de linkerkant konden we er met heel veel moeite overheen en vaarden dan zo het kanaal onderdoor. Dat was bukken, maar past best. We peddelden tussen Son en Breugel door en na nog vele mooie bochtjes stapten we uit de kano. Hier liepen we nog 600 meter naar de camping, waar we allervriendelijkst ontvangen werden. Lekker plekje hoor!
Dag 3: van Sint-Oedenrode naar Liempde. 18,3 km, waarvan eerst 600 meter lopen van camping naar de Dommel, en 1,1 km lopen van de Dommel naar de camping in Liempde. Geen overdragingen.
Het is Pasen en de paashaas mocht met ons mee. We peddelden over de stromende en bochtige rivier, heel mooi is het hier. Langs bossen en natuurgebieden, helaas was het weer wat minder. Het waaide stevig en het bleef net aan droog. In Sint-Oedenrode is een mooie stroomversnelling, gevolgd door een kanogoot. We hadden er groot plezier in: wat gingen we ineens hard, het is goed kijken en sturen en we slalomden tussen de paaltjes van de kanovereniging door. Het is verder heel relaxed varen, we waren al op tijd bij ons eindpunt. Dat was wel een beetje bewust, want 's middags was er slecht weer voorspeld: we wilden voor de bui binnen zijn, en dat lukte.
We namen een rustdag, aten heerlijk in een restaurant in Boxtel. De dag erna gingen we weer op pad. Van Liempde naar Den Bosch, 21,7 kilometer waarvan 600 meter lopen van de camping naar de Dommel. Geen overdragingen.
We sloegen al snel linksaf om een rondje Boxtel te kunnen varen. We peddelden langs kasteel Stapelen, het spektakel zit hem toch in de kanogoot. Bij een stuw is een betonnen bak aan de zijkant gebouwd waar het water doorheen stroomt en wij in de kano in rap tempo doorheen gevoerd werden. Heerlijk!
De Dommel wordt breder, Den Bosch kwam in zicht. We peddelden rustig de stad in. Den Bosch is mooi, met al die oude gebouwen en vestingsmuren. We gleden nog een kanogoot af en mochten de stad niet in: dit mag alleen in een rondvaartboot. Dicht bij het station haalden we Ally uit elkaar, alles ging de rugzakken weer in en we pakten de trein naar huis.