Alternatieve Elfstedentocht deel I

Alternatieve Elfstedentocht deel I

In 2019 vaarden we de Elfstedentocht, een fantastisch mooie tocht waar we heel goede herinneringen aan hebben. Zoiets wilden we weer doen. Maar om nu weer dezelfde vaartjes als toen te varen, nee, we wilden ook wel iets nieuws. Zo ontstond het idee: we varen een Elfstedentocht waarbij we slechts een procent of 20 van de al gevaren wateren doen, de rest is nieuw. Wel doen we alle elf steden en ook in die volgorde aan.

Urenlang maakten we op de kaart en gps een route. Hans maakte er een afstandstabel bij, met wat waar is, waar de campings zijn en waar de supermarkten en restaurants. Op een woensdagmiddag vertrokken we, op naar het avontuur! Een collega van Marcelin bracht ons naar Hilversum, heel fijn en lief. Want de treinen doen Amersfoort de komende zeven weken niet aan, wel wat lastig reizen met een rugzak en een kano op de rug. De reis naar Leeuwarden is lang, de stadsbusrit kort en het loopje naar de camping prima te doen. We slaan proviand in en zijn er dan helemaal klaar voor: we gaan een stuk of vijf steden aftikken!

Voor degene die de praktische details weten willen en voor wie de rest van het verhaal minder interessant is:

We peddelden van Leeuwarden naar Stavoren. Een tocht van 130 km, we vaarden 26 km per dag gemiddeld. We begonnen bij camping Taniaburg net buiten Leeuwarden, een heerlijk plekje aan het water. Niet ver hierna was een overdraging, gemaakt door de waterschappen. De voorzieningen zijn uitstekend. Verder konden we twee keer schutten, op kilometer 35,5 de Dillesluis (zelfbediening) op de Zijlersloot en sluis Oudevaart Sneek op km 44,7. Verder hoefden we tot aan Stavoren nergens te sjouwen. De gevaren route valt wel uit het verhaal hieronder uit te maken.

De eerste dag. Het is mooi weer zeg, de zon schijnt, het is vijfentwintig graden en het is bijna windstil. Heerlijk kanoweer!

31 km, camping In de Boomgard Jirnsum, €25,00. Tortelini met courgette, paddenstoelen en pesto. Eén maal overdragen.

Het eerste obstakel is al na een meter of 300. We varen van de camping weg, veel gezellige fietsende Elfstedentochters hier, en komen bij een nieuwe dam. De uitbater van de camping had het ons al verteld: waterschap houdt hier het water hoog. Dit omdat er vanaf het vliegveld, niet ver hier vandaan, PFAS gelekt is en in het water terecht gekomen is. Het waterpeil wordt voorlopig hoog gehouden en de PFAS hiermee geïsoleerd, om het later hoe dan ook op te ruimen. De strijd gaat er vooral over wie dit doen moet en wie voor de kosten hiervan verantwoordelijk is, er gebeurt daarom nog even niets. De boeren zijn niet blij: de grond is al zo nat en door het hoge waterpeil is het nog natter. Wij halen de spullen uit de kano en leggen het op het dammetje, kano er over, spullen er weer in en gaan maar weer!

Mooi gebiedje is dit, met die meertjes. De bloemen zijn zo kleurrijk, het is er zo stil. Tot een vliegtuig opstijgt, dat kan niet meer dan 500 meter verderop zijn…

We slaan rechts af, een heel leuk slootje waar we op de Dokkummer Ee uitkomen. Ook hier gan we rechtsaf, richting Leeuwarden. Niet heel lang. Daar pakken we de vaart die we kennen van onze vorige tocht (en ook wel vaker bevaren hebben): de Bonke Faeert. We peddelen door de finish van de tocht, wij voelen het als een start.

We moeten even om Leeuwarden heen, dus rechtsaf op de splitsing. Rechts van ons is de bebouwing, links van ons zijn de wielen en de bossen. Leuk hoor. Na een bocht naar rechts zien we een bankje: die is voor ons! Een eigenaar van twee grote vechthonden houdt een monoloog, de honden zijn lief en gezellig, de man weet wat hij doet concluderen wij. Na de thee met reepje kruipen we de kano weer in. We varen langs de scheepsbouw en slaan links af, steken het drukke kanaal over en varen op een rustig vaartje langs een buitenwijk van Leeuwarden. Rechts van ons zijn de weilanden en akkerbouw en enele meertjes, wij peddelen heel rustig door. Ook de kapotte brug kunnen we hebben, maar sommige bootjes zijn toch echt te hoog en moeten om varen. Na nog een bocht slaan we rechtsaf en varen over het Langdeel aquaduct over. Dat blijft toch altijd iets moois, over een weg heen varen, zo bijzonder! We houden rechts aan en varen naar Warga. De grachtjes zijn smal, de huizen zijn mooi. Leuk dorp dit hoor! Het restaurant is dicht, de supermarkt heeft koud sap en de kerk heeft een bankje in de schaduw. Heerlijk.

We slaan rechtsaf en in de bocht gaan we rechtdoor. Het is een smal slootje, een heel smal slootje! We redden het net, we trekken Ally er door en komen uiteindelijk op een iets bredere sloot uit. We schrikken ons kapot als twee boerenpummels in een speedbootje de hoek om komen, zij schrikken ook. Marcelin is nog wel even van slag, want waren we honderd meter verder geweest had de boot ons nooit gezien en zeker niet kunnen ontwijken. We mopperen nog wat, fantaseren over petsen met de peddel en messen in een rubberboot en slaan rechtsaf de bredere Aegumerdiep in. Grou zien we al liggen, het duurt nog even voor we er zijn. Hier willen we overnachten, we kijken uuit naar de camping. We varen Grou al bijna uit, waar zit die camping dan? Heel ver terug zien we na de bestudering van de kaarty en de kaart op de telefoon. Dat doen we dan maar en weten dan waarom we het over het hoofd hebben gezien: er wordt geadverteerd voor een restaurant, voor slopenverhuur, maar niet voor de camping. Als we de receptie eindelijk gevonden hebben blijkt deze dicht. Een telefoonnummer vinden we niet en als we via de website bellen, krijgen we het antwoordapparaat. Nou doei dan, als jullie geen klanten willen gaan we wel!

We drinken wat op het terras van het restaurant, bellen een camping die weliswaar 2,5 km van de route is maar dat ons zo hartelijk welkom heet, dat we er alles voor over hebben. We varen dus door, over de Kromme Grou naar camping in de Boomgaard in Jirnsum. Het is een fantastisch plekje! De tenten staan in de boomgaard, door de begroeiing heb je nog wat privacy ook. Het is zo mooi groen, er staan picknickbanken, olielampen geven het toiletgebouw aan. In een slechtweerruimte stat een koelkast met koude rosé, bier, yoghurt en andere zaken. De ontvangst is heel erg hartelijk, we voelen ons heel erg welkom. Wij nemen een biertje, Hans zet daarna de tent nog eens op en richt hem in, Marcelin kookt de maaltijd. Het is een lange dag, maar oh wat zijn we blij met dit plekje!

De tweede dag.

22,5 km. Camping jachthaven de Domp in Sneek, €524,50. Uit eten. Zonnig weer.

Op de geboortedag van PaJan, de vader van Marcelin, varen we naar Sneek. We lopen eerst ongeveer 700 meter terug naar het water en los gaan we. Het is redelijk druk, we stoppen al snel met bootjes tellen, het is geen doen. We volgen de Kromme Grau terug en slaan links af 't Swin. Dat is naar Reduzum. Het is hier stil en niemand vaart hard. Dat lukt zeker niet als je met een peddel je motorbootje moet voortbewegen. Ze hopen nog op een sleepje van vrienden. In Reduzum zien we onze bekenden niet, dus varen we door richting de Swette. Daar op het hoekje is de Dille, een camping maar vooral theetuin. We eten monchou taart op Jan en twijfelen even of we hier lunchen willen. Maar we gaan toch nog even door; linksaf de Syltjesleat in. Daar is een zelfbedieningssluis die bediend wordt door jochies die geen idee hebben. De enige volwassene zit in heet bootje in de sluis en doet niets: zij wilden er in, ze weet niet hoe het werkt. Nou, wij ook niet. We halen de spullen uit de kano en dragen over. De jochies zijn vriendelijk en helpen slepen. Mevrouw komt eindelijk uit het bootje om te helpen met de sluis, gelukkig zijn er ook wat jochies uit de buurt die wel weten hoe het moet.

Op het water blijft het heerlijk. We gaan via de Snitser Altfaert langs Dearsum, onder de Nagano Brege door. Voor de schaatsliefhebbers onder ons die ook in 1998 voor de buis zaten: we zwaaien nog even naar Ids en Annie, maar hebben geen idee of ze thuis zijn. Door dan maar, langs Spears en Gau. Vlak voor Sneek hebben we nog een sluisje, dat gaat prima, met hulp van een buurtjochie.

We peddelen door naar de jachthaven de Domp. Die kunnen we wel vinden, met gemak. We zetten de tent op onder de bomen, reserveren een tapasrestaurant, drinken water en gaan. Lekker eten, lekker biertje en roseetje, lekker verwend worden. Terug op de camping zitten we tegen de kano aan en kijken naar morgen.

De derde dag.

22,5 km, minicamping Friesland in Langweer, €24,50 (inclusief stoelen). Rijst, rode curry, courgette, wokgroenten en cashewnoten. Zonnig en warm.

We zijn voor ons doen laat wakker, pas 7.45 uur. We doen het rustig aan en kwart over negen zitten we in de kano, de camping is nog in diepe rust…

We gaan onze eerst stempel pakken, op naar de fontein in Sneek! Op de waterkaart staat een klein grachtje, zo gaan we Sneek veroveren is het idee. Na drie bruggen bukken is de vierde toch echt te laag. Dus terug, en door een andere rustige gracht om Sneek heen naar de waterpoort. We varen er onderdoor naar de fontein. Fontein? Weg fontein, die is in onderhoud begrijpen we later. Nou ja zeg…

Dan maar door, over de Waldfaert naar de Swarte Brekken. Op dit meertje is het water stil en mooi. En het is warm. Het lijkt Zweden wel. En ja, het lijkt de Elfstedentocht van vijf jaar geleden wel.

We komen in IJlst, door de Soal Sleat en Rippen Faert, beide mooie slootjes. Zo, dit is de tweede stad! Natuurlijk drinken we wat bij het Wapen van IJlst en nemen nog maar een monchou gebakje op Jan. We zaten hier vaker, met de Elfstedentocht op de fiets ;met de familie van Marcelin, met de support van haar ouders. Mooie herinneringen!

Het is altijd druk op dit terras, de brug blijft maar open en dicht gaan, er komen vele bootjes en fietsen en auto's langs. Vandaag zelfs een begrafenisstoet, lopend, heel bijzonder.

We gaan weer, terug naar de Swarte Brekken over een zijslootje en nu naar rechts. Tijdens een pauze op een stijger kletsen we wat met een stel mensen op een Zeeuwse platbodem. Zij raden het Prinses Margriet Kanaal af, je moet de motor stand-by hebben. En die hebben we niet. Hiermee is de beslissing genomen. We gaan richting de Geau, maar als we afslaan zitten we per ongelijk toch op het PM Kanaal. Oeps. Effe goed kijken, waar moeten we heen, oké helder, en door! Nu zitten we wel goed, de Langweerder Faert is gevonden.

Het is druk. Er zijn een paar schippers met vreemde manoeuvres, maar idioten zijn er niet. Dat blijven toch wel die boerenpummels in kleine snelle bootjes op de kleinere vaartjes.

We rusten nog even bij de pont. Die gaat, al toeterend, naar de overkant net als er vijf bootjes al inhalend naast elkaar er aan komen. Iedereen moet op de rem en wij kunnen mooi in de schaduw van de pont naar de rechterkant van de vaart.

We peddelen door en komen op het meer, de Langweerder Wielen. Die kruisen we netjes en vlot, ondanks golven en drukte. Het is even zoeken, maar dan vinden we de ingang naar de camping en de camping zelf, net onder een bruggetje door aan een doodlopend vaartje. Langweer Centrum is 200 meter verderop.

We worden vriendelijk ontvangen. En wat staan we mooi, aan dat watertje. We zijn gedoucht en het eten zit er weer in. Het onweer van vannacht is afgelast, mooi, en morgen wordt het wat koeler. Ook mooi, want vandaag was wel heel erg warm.

Marcelin zwemt nog even in het vaartje langs de camping, lekker verkoelend.

De vierde dag.

28,5 km. Jachthaven de Rakken in Woudsend, €19,50. Uit eten. 's Morgens buien en regen, 's middags droog en zonnig.

Het is heerlijk dat het wat koeler is. Wel een beetje jammer dat er toch weer regen voorspeld wordt, met een klap onweer en daar houden we, zeker op het water, niet van. We houden het goed in de gaten. We varen over groter water en steeds kijken we en voerleggen we: door of wachten? Links naast ons is de lucht zwart, mooi hoor, maar een tikje verontrustend. De regen komt dichterbij, Hans ziet een brug op de kaart, daar waar we het meer af gaan. Misschien kunnen we onder die brug schuilen.

We gaan weer, de brug blijkt heel erg hoog en biedt weinig schuilmogelijkheid, ook al omdat het een tochtgat is. Maar iets verderop is een lage brug, daar dan schuilen? We vliegen er op af, trekken voor de zekerheid de regenjassen (die al klaar lagen) aan. Net op tijd, het regent ineens. Onder de brug maken we de kano vast aan een ketting en dat barst de bui pas echt los. Het hoost. En wij zitten droog. Het onweer blijft gelukkig wel weg. We lunchen zittend in de kano en wachten. Na een uurtje zijn we het zat, het regent al wat minder hard en eer wordt geen onweer meer verwacht. En zo ziet de lucht er ook uit. Dus gaan we door naar Sloten. We worden nat, zitten met de capuchons op in de kano maar met blote benen. Prima te doen, zo heel koud is het niet. Na een half uurtje wordt het droog en in Sloten kunnen we gewoon weer op een terrasje zitten. Mét taart.

We komen voor het eerst van deze kant Sloten in, erg leuk! Vanaf Sloten gaan we toch verder, al lijkt de camping net buiten de stadsmuur echt geweldig. Het is bijna windstil, dus mooi weer om het Slotermeer over te steken. En dat klopt. Het is prachtig, dit stille meer, het wateroppervlak kabbelt een beetje maar oh wat mooi!

We steken recht over en genieten. Aan de andere kant varen we al snel Woudsend binnen. Daar gaan we naar de Rakken, een jachthaven met kampeerterrein. Bij de receptie zijn ze enthousiast dat we met de kano zijn, we vinden een mooi tentplekje in de haven. We gaan uit eten, heel lekker en leuk, in een oud kerkje. De rekening komt in de collectezak. Terug op de camping bekijken we, zittend op onze picknickbank, de route voor morgen. De doos rosé gaat leeg, dan moeten we morgen maar omvaren en in Koudum boodschappen doen…

De vijfde dag.

24,5 km. Jachthaven Roggebroek, €16,50. Pasta pesto met courgette en paddenstoelen. Mooi weer, vanaf 15 uur heel harde wind.

We peddelen al vrij bijtijds met een paar bochten naar de Fleussen. Dat is best een groot meer eg. Er zijn een paar schuimkoppen op het water, dus gaan de zwemvesten aan. Maar het varen valt reuze mee, we hebben geen last van de golven en hebben de vaart er goed in. De golven worden ook minder hoog aan de andere kant van het meer en de wind valt vrijwel helemaal weg. We rusten op een eilandje, hier kan je ook mooi kamperen weten we nu. En daarna vinden we het vaartje naar Koudum. Hier is tot onze verrassing een lunchtent open. Lekker hoor. Ja, dit dagbestedingsproject is juist op maandag wel open en in het weekend dicht. De winkel is ook snel gevonden. Het waait inmiddels hard en de wind is tegen. We besluiten naar Molkwerum door te varen en gaan hier over een klein slootje rechtdoor het dorp door. Erg leuk, langs al die achtertuinen en achter het mooie kerkje langs. Dan slaan we linksaf, door het boerenland naar de grote vaart. Op het Friso Kanaal varen we richting Stavoren. We hebben de harde wind, die hier vrij spel heeft, op kop en dat schiet niet op. Na een half uurtje ploegen zijn we in de jachthaven de Roggebroek. We mogen er voor €16,50 de tent opzetten. Het sanitair is schoon en prima, we scoren een picknickbank en staan twee maal Zwitsers te woord die ook een Ally hebben.

De laatste dag.

Het waait, het stormt. Vanmiddag gaat het regenen. Dus pakken we alles in, ook Ally en om kwart voor tien lopen we de camping af. We pakken de route een andere keer wel weer op, we hebben nog acht steden te gaan. Om 10.18 hebben we de trein. We kunnen tot aan Schothorst reizen, daar haalt Agnita ons op, heel fijn.

Wat een heerlijke week!