Akkrum - Leeuwarden

Het was onze allereerste tocht met Ally. We hadden Ally al een paar keer in en uit elkaar gehaald, in onze flat op zeven hoog. Je wet het maar nooit met die klimaatsveranderingen en dat hoge water... Toen het ons een keer niet lukte zijn we terug gegaan naar de winkel, waar we leerden dat Ally ook moet leren dat ze een kano is. Enig geweld mag gebruikt worden, oké, daar zijn we dus ook niet meer bang voor. 

We vaarden van Akkrum naar Leeuwarden. Dit is een tocht van 41,7 km en we moesten twee keer overdragen. Het hoogtepunt van de tocht ligt in de Oude Venen. Het is een prachtig (natuur)gebied, met mooie kleine vaartjes, omgevallen bomen, heel veel watervogels en het is er stil. We kampeerden iets verderop, op een Marrekriteplaats. Maar ook de tocht naar Leeuwarden is zeer de moeite waard. Je vaart door kleine dorpjes met mooie huizen, door weidelandschap en landbouwgebied en vaart op een leuke manier het oude Leeuwarden in. 

De dag vooraf en dag 1: 

We gingen naar Akkrum en namen voor een keertje een hotelletje. Dit omdat het de verjaardag van Hans alvast gevierd moest worden, zijn echte verjaardag viert hij met Marcelin bivakkerend in het wild. De ochtend erna zetten we Ally in elkaar op de steiger van het hotel en dat ging best! Nog even flink water in slaan en dan gaan we. Het is eind maart, nog wel een beetje fris, maar het kan al goed: met de kano het water op. We varen onder het spoor door en Akkrum uit, over de Boarn, en even verder gaan we rechtsaf een aquaduct over. Dat voelt stoer! Varen we zomaar over een snelweg! Niet dat je er iets van ziet of voelt, even verder vaar je gewoon langs een woonwijk of er niets gebeurd is. We gaan linksaf op de splitsing, de Nesker Sylroede op. Prachtige namen hebben die wateren hier toch, we wanen ons in een buitenland. De zon schijnt, het waait wel wat hard, maar we roeien ons warm. We varen tussen de weilanden door en langs een camping, maar het is echt nog veel te vroeg, we beginnen nog maar net! Even verder komen we op de Wijde Ee. Het is even schrikken: de golven zijn best hoog. Al snel krijgen we vertrouwen in onze boot: die gaat echt niet snel om. En kijk eens hoe de golven mooi onder de boot door rollen. We krijgen er plezier in en geven eens goed gas: deze plas willen we wel over! En dat lukt, we navigeren keurig de Neare Greft in. Dan is het wel even tijd voor een pauze, hier is een bakje en we kunnen er prima uit. 

We vervolgen onze route en varen "de Alde Faenen" in. Het is een laagveenmoeras: op de wal zien we veen en riet, vogels scheren over land en water, wilgen staan aan de waterkant en het jonge groen ontspringt nog maar net.  Hier werd turf gewonnen, dat als brandstof gebruikt werd, en zo zijn de vaarwateren geboren. Het is er stil, zelfs bij het restaurant waar we wat drinken, ook al vaart er net een enorme "broodpoeper" voorbij. Wij varen een kleiner slootje in, bukken voor de takken van omgewaaide bomen en varen tegen de dam aan. Hier dragen we over, de voorzieningen zijn heel goed. We varen nog wat rondjes en zoeken dan onze kampeerplek op. Daar zijn er meerdere van in dit gebied. Voorzieningen zijn er niet, maar je mag er beperkt kamperen. We zetten de tent op en koken op de steiger. Bij zonsondergang zoeken we de tent op: we worden opgevroten door heel kleine mugjes, niet normaal zoveel en niet normaal zoals dat jeukt...

Dag 2: 18,3 km varen en één keer overdragen.

We zijn al vroeg wakker en opgelucht: de muggen zijn weg. Na een ontspannen ochtend, waarbij we drie koppen thee en koffie drinken want we hebben alle tijd, pakken we eens in en gaan weer. We zijn al snel bij het kanaal waar grote boten varen, goed uitkijken en snel oversteken dus, en dan min of meer rechtdoor de Meanewei op. Dit is een rustige vaart door de weilanden, we peddelen lekker door tot in Warga. Het is grappig zo ineens een dorp in te varen, hoewel je nooit het gevoel hebt echt in de bebouwing te zijn. Altijd is er wel weidsheid aan één kant van de wal, daar staan vrijwel geen huizen. We zijn van plan nog een nacht wild te kamperen, dus leggen we aan op zoek naar water. Dat krijgen we bij de snackbar, inruil voor een kopje koffie of thee als bestelling. We kunnen dan weer door en varen naar het zuiden, over de Wergeasterfaert, tot we rechtsaf de Ringsleat op kunnen. Daar zijn we blij mee: we hadden de sterke wind recht achter en kregen wel heel veel vaart. Hans kon alleen nog maar remmend sturen om Ally recht te houden, meevarend sturen ging zijn krachten te boven. We varen over dit vaartje een stuk rustiger: we kunnen heel aardig bukken voor de sterke wind. We slaan, inmiddels met de wind op kop linksaf de Nije Wurdumerfaert in naar Wirdum. Hier leggen we aan, werpen een blik op de kerk en besluiten dat het echt te hard waait: we kunnen beter naar Leeuwarden varen om dan naar huis te gaan. Want de weerberichten voor morgen zijn nog slechter. Dus ploeteren we tegen de wind in Wirdum uit en varen over de kronkelende Wurdumerfaert  naar Goutum. We hadden er op gerekend nog een keer te moeten overdragen, maar er is een mooie brug gebouwd waardoor we konden blijven zitten. Goutum is één grote nieuwbouwwijk, wonen aan het water zeg maar, we varen er door, steken het van Harinxma Kanaal over en varen de stad in. Daar dragen we nog een keer over bij een kruispunt waar het water dood loopt. Aan de andere kant loopt weer een watertje, eerst door een park, dan door bebouwing waar we uitkomen op de Potmarge. Hier slaan we linksaf en na enkele bochten komen we uit op het Nieuwe Kanaal. Linksaf, even de bocht om en daar vinden we een plek waar Ally het water uit kan, net achter het station. We stoppen Ally in de zak, de spullen gaan in de rugzak en wij lopen naar het station. Wouw, niet slecht voor deze beginnelingen!